Respect voor de bouwers in de Moeslandse optocht!

Maandenlang in een koude schuur bouwen. Ieder vrij avondje benutten om te bouwen aan je carnavalswagen. Blij zijn als het laatste blaadje papier is geplakt en dan ligt de wagen in de handen van de schilders. Nu kan je er als plakker niets meer aan doen.

Ja, aftellen naar de carnaval, de muziek regelen, de trekstang in elkaar zetten en de jaarlijkse oplapbeurt geven met ijzerverf van Anneke van het pakhuis. “Welke kleur?” vroeg ze dan en steevast was ons antwoord; “Trekstang geel”.

En dan is het carnavalsvrijdag; Plekkersbal. Het bal waar de potten bier 1 gulden waren. Dat waren nog eens tijden. De eerste kater van de carnaval klopte vrijdagavond al op de deur om zaterdagochtend echt aanwezig te zijn. Maar niet zeuren, hup naar de bouwschuur! De hele middag eigenlijk niets doen op het nagenieten van je kater na. En dan toch maar weer eens proberen om te kijken of het bier weer smaakt. Voor je het weet is het vijf uur en dan snel naar huis om te eten, douchen en je carnavalspak aan trekken.

En dan mogen we twee dagen los gaan, nergens naar kijken en volop lallen! Tot maandagmorgen! Want dan gaat het gebeuren. Waar we zo lang voor gebouwd hebben; Moesmoandag! De dag van de tocht der tochten. Zou het dit jaar dan gaan lukken? Pakken we de zo begeerde eerste prijs? Eerst maar eens de wagen opbouwen. Tijdens het lopen van de optocht merk je al snel wat het publiek er van vindt en dat is over het algemeen een hele goede graadmeter. De wagen staat inmiddels op het Europaplein en we kunnen ons gaan opmaken voor de prijsuitreiking.

De zaal is afgeladen vol bij de Raaf en we banen ons een weg naar onze ‘vaste’ plaats. Achter in de hoek bij de nooduitgang en de bar. We hebben nog even de tijd, want de loopgroepen en individuelen zijn ook nog niet geweest.

En dan is het zover; de wagens zijn aan de beurt. Iedere keer als je niet de naam van je club hoort ga je harder juichen. Schreeuwen, maar ook stijgt iedere keer de spanning. Zou het dan toch….? De laatste drie wagens. Als verteld wordt wie de derde plaats heeft gepakt dan weet je dat je bij de laatste twee zit.

De grootvorst noemt de laatste twee clubs (in willekeurige volgorde) en we gaan naar het podium. Onder luid gejuich en geklap mogen we op de knietjes. De spanning is haast niet meer te houden en deze wordt nog even opgevoerd door de Hofkapel nog een nummertje te laten spelen.

Dan gaat het dan nu toch echt gebeuren; de bekendmaking van de nummer twee! En als je dat weet dan weet je wie er eerste is geworden van de schonste optocht van hiejel de wirreld! De spanning wordt onhoudbaar en dan is het eindelijk duidelijk; We zijn de beste van ut olling Moesland! Wat zeg ik, van Nederland, van de hiejel wereld! Iedereen is blij en ik zie vanaf het podium dat heel De Raaf klapt, fluit, blij is voor de winnaars maar wat ik nog veel belangrijker vind; de zaal is vol en er is respect voor de winnaars.

Ik heb al heel veel prijsuitreikingen meegemaakt en wat me de laatste jaren opvalt is dat bij de bekendmaking van de eerste prijs bij de wagens dat er veel mensen niet meer bij zijn. Sterker nog, sommige clubs zijn niet eens bij de prijsuitreiking. Wat vroeger een grote happening was in ons Moesland is nu een ‘verplicht nummertje’ geworden. Heel erg jammer.

Iedere deelnemer, van individueel tot aan de wagens, verdient evenveel aandacht en respect van ons. Er wordt enorm veel tijd en aandacht geschonken aan de bouw van de creaties, de acts tijdens de optocht en het bewegen van de wagens.

Wat zou het mooi zijn als dit jaar de zaal bij de prijsuitreiking nog steeds zo vol is als bij aanvang van de prijsuitreiking en dat er respect en waardering is voor de winnaars van de optocht! En dat de schaal onder een oorverdovend applaus overhandigd kan worden aan de kampioenen van de optocht!

Houdoe!

René Derks
www.deoptocht.nl

Respect voor de bouwers in de Moeslandse optocht!

Deel dit met anderen